Programme from 23 to 27 Sep. 1923



Booklet

Bron: FelixArchief nr. 1968#539

This text has been generated automatically on the basis of scanned pages, using OCR software. Because of the historical typefaces used in the programme booklets, the output is not flawless.

Show the facsimiles of this programme booklet


JOOo

0oo

°°ooooooooooo o oo o


BRI­ETUCBCHBU’S

: V-L AAM. — Hoe jn 't al­ge­meen dé. Buit* sell­ers over Amerikaan­sche film-to­eroemdhe-dcn denken, leert ons on­der­gaand af­schrift van •« De Telegraaf »:

« De Amerikaan­sche film deed te Berlijn -zijn in­tocht met het groote Grif­fith-drama « Twee Weèzen in den Storm der ti­j­den ». De Berli­jn­sche criti­cus en het pub­liek gin­gen er heen en meen­den, dat,, hoewel men vele mooie beelden te zien kreeg, de to­talle uitvo­er­ing minde»’ goed was dan b.v. die van « Madame Dubarry », uit dezelfde his­torische pe­ri­ode. Men was over­tu­igd, dat, wat de de­tails van his­torische" aan­kleed­ing be­trof, men zidh met Grif­fith en met iederen Amerikaan kon meten en zei dat ook ron­duit. Toen kwam Chap­lin en na hem gezien te hebben, moest' men erken­nen, dat het den Duitsch­ers aan echten zin voor humor ont­brak. Toch heeft Chap­lin, in weer­wil van alle reclame, hier niét een zoo sterken in­druk gemaakt als in d meeste overige lan­den. Eerst dezer dagen is Jackie Coogan gekomen,, en nog niet eens in zijn groot suc­ces « The Kid », maar in het voel oud­ere en veel zwakkere « My Boy ». Voor den eersten keer is Duitsc­Mand in­der­daad over­tu­igd. Jack­ies glim­lachen en Jack­ies tra­nen waren on­weer­staan­baar. Men is tegelijk­er­tijd verbluft, zelfs pi­jn­lijk ver­rast over den een­voud van het tthema, daar men afges­loten van de overige filmw­ereld naar steeds gro­vere ef­fecten, zocht, die ten slotte toch hun uitwerk­ing mis­ten. Voor de eerste maal moet men erken­nen, dat liet de groote prim­i­tieve gevoe­lens zijn, die in weer­wil van alle sen­ti­men­tal­iteit het groote prim­i­tieve hiy-t der massa verov­eren, sneller en bli­jven­der dan rijke decors en .moeizame orig­i­naliteit van denkbeelden. Dit céne is zeker: in weer­wil van zijn jeugd is Jackie Coogan sterk ge­noeg, om de toekom­stige richt­ing van den Duitse heil film te rev­o­lu­tion­neeren.

KAATJE. — In « Nero » speelden: Jacques Greuilat (Nero), Paulette Duval (Pop­pea), Alexan­der Saltini (Ho­r­atius), Vi­o­letta Mers-ereau (Mar­cia), Nerio Bernardi (Tul­lius) en Edy Dar­clea (Artea). Ilet sce­nario is te danken aart den heer Charles Sarver en Mevr. Vir­ginia Tracy; lôoneellei­der J. Gor­don Ed­wards. Paulette Duval woont 85b is, av­enue Wa­gram, Par­ijs.

PETER PBRE­MANS. - 1. In­der­daad. « De Ge­boorte eener Natie » en « De Garçonne » wor­den in Frankrijk ver­bo­den. 2. ln « Boris Güdounow » treedt op als hoof­dartiste, Gina Relly. 3. Dit on­der­w­erp werd door Fran­schen en Di­i­its-chers tegelijk be­han­deld. De eersten betitelden hun film « L’En­fant Roi », en be­last­ten de heeren Jean Kemm en Louis Nal-pas met dé lei­d­ing; als hoofd­per­so­nen tre­den op: Mej. Andrée Li­onel (Marie-An­toinet­teV de beer Louis Sanu (Lodewijk XVI), de klein-, J. Manier-(als Lodewijk XVII), en Mej. G. de Barre Madame Royale). D.e twee­den noem­den bun voort­brengsel: « De Qauphin ». en be­last­ten den héér C. Zoltam met de lei­d­ing; hoofd-artis­ten zijn: Ili­bor Lu­bin­ski en Jules Szo-reghi..

LOT­TERE. — In­der­daad wordt Bor­deaux’ 'werk « Sneeuw op de stap­pen » op het doek’ ge­bracht. De broer van den schri­jver, de heer J. Bor­deaux, vroeger sec­re­taris-gen­er­aai van het Pathé-Con­sor­tium, ver­leende z’n krachtige medew­erk­ing voor de tot stand koan­ing van dit wenk.. Hij hééft van tte mon­niken van den Grooten Saint-Bernard toestem­ming weten te verkri­j­gen om in het klooster zelf op­na­men te doen. Als be­wijs van zijn dankbaarheid heeft de heer,1. Bor­deaux de.​monniken een in­stal­latie voor draadïooze tele­fonie aange­bo­den, op ’t «ogen­blik het hoogst gele­gen sta­tion in Eu­ropa.

ZEPHIR. — Nu, een buite­niand­sche con­frater vertelt ons dat de « Mid­der­nacht­zon gefilmd wordt.' Op de eerste reis naar hv No­or­den 'van den stoor­ri­boot « San Mar­tin », van de Hugo °Stinnes Linie, die een fiim-ex­pe­di­tie van de . Il­am­burgsche Vera Film-werke A. G. begeleidt, is het den op­er­a­teur Hans Ki­impfe gelukt de mid­der­nacht­zon in al z’n schoonheid op den film vast te leggen. Dit i,s de eerste maal, dal dit schoone natu­urtafer­eel gefilmd is.

Chronome­ters

WON­DER VAN NAUWKEURIGHEID

Max­i­mum-afwijk­ing: één min­uut per maand

TENSEN

Aux Fab­ri­cants Su­isses Réunis

BRUS­SEL

12, Oude kleerkoop­ersstraat, 12

In nikkel: 280 frank In goud: van af Ô00 frank

ANTWER­PEN 12, Schoen­markt. 12

* JAAR­GANG

N° 29

1923

UIT­GEVER REDAC­TIE HET HUMMED 50 O»

J. M EU­WiS­SEM.BRUS­SEL BU­U55EI. CH DE C05TER5TR. 10-12 JAARABONI 25 F

TEL. 3167 ANTWER­PEN. PROVIN­CIE5TR,,9 VER­SCHI­JNT OP VRI­JDAG

ONZE FILM­STER

1 ' Betty BAL­FOUR

Uit den bek­enden roman van Clif­ford Seyler, Squibs, is het voort­brengsel ge­boren, genaamd De Kleine Bloe­men-verkoop­ster van Pic­cadilly; in de hoof­drol trad Miss Betty Bal­four op — een open­bar­ing I

Onze lez­ers zullen zich het thema van dit fijn, del­i­caat, aandoénlijk ver­haal herin­neren: een jong meisje, in de slecht beruchte wijken van White Chapel wo­nend, doch zich rein en eerlijk we­tend ts houden; ze kri­jgt ken­nis met den poli­tie­man Charles, met wien ze ten slotte in den echt treedt, doch niet zon­der eerst

( 1 span­nende avon­turen beleefd te hebben, waarin ze blijken geeft van groot bij-de-hand-zijn en van hartelijke gevoe­lens. De jonge film­ster slaagde er in, onder 't ver­tolken van Lily Hop­kins, de hei­din van *t filmver­haal, haar zeer sym­pa­this­che per­soon­lijkheid op den vóórgrond te Stellen,' en er is geen toeschouwer die er niet van be­wust werd dat deze gevoelvolie arti­este wellicht een der meest gewilde film­ster­ren zou wor­den.

Het was daar­bij niet de -eerste cre­atie van Miss Betty Bal­four: sinds de eerste oor­logs­jaren ver­wierf ze naam in schouw­burg en stu­dio. Ze was

pas twadif jaar oud, toen i.​ady Miss Betty Bal­four, zooals ze in twee harer Î- - ste cre­aties op­tieetit.

Fitz-George ze op par­ti­c­uliere

voorstellin­gen op­merkte, en zeer in­genomen met van Lon­den. Men schreef toen 1914. De oor­logshoer spel, haar oud­ers toe­lat­ing vroeg om ze te gebeurtenis­sen waren aan de orde van den dag, en iatert op­tre­den in het « Am­bas­sadeurs-The­ater » von­den hun weerk­lank op het tooneel. In een stuk.


Betty Bal­four, als " Keuken­prinses „.

Betty is een vri­j­postige meid!..,

Lily Hop­kins on de poli­tie­man “kri­j­gen elkaar,, 't slot van Het Bloe­men­meisje ven Piçcadilly.

rol be­stond uit de wed­er­waardighe­den eener kleine di­en­st­bode, ’n grap­pige, typ­is­che ver­schi­jn­ing. En Salby ver­scheen op het doek, zoo-als de sce­nar­ist het gewild had — een mengsel van oprechtheid, naïveteit, vri­j­postigheid en geestige in­gevin­gen.

Deze film zou een aan­vang lev­eren tot nieuwe ovatie s van­wege het pub­liek, want beurte -lings heeft Miss Bal­four rollen in Mary (ind the Gold, Het Bloe­men­meisje van Pic­cadilly en Haar Oude Papa, geleverd.

In deze reeks voort­brengse­len, heeft onze film ster meer en meer het «genre» weten te vin­den dat bij haar per­soon­lijkheid pust. Haar spel heelt wel iets aparts, dat niet vergeleken kan wor -den met dat van Mary Pick­ford;

I en het is niet weinig gezegd, te dur­ven op­tre­den a 1 s bakvis­chje . als « The World ' s Sweat Hart », met dergelijke rollen de meeste lauw­eren schi­jnt te hebben geplukt! Nog wat er­var­ing, veel oe­fen­ing en werk, durf en vol­hard­ing, en — let er op — onze huidige film­ster zal op één lijn staan met de beste filmver­tolk­ers der Amerikaan­sche stu­dio's.

In­tuss­chen, mag het als een ver­heugend feit geboekt wor­den, dat hier en daar ver­di­en­stelijke el­e­menten te vin­den zijn, bereid en in staat Mary Pick­ford's jonge-meis­jes-crea-ties over te nemen. Men ver-gete in­der­daad niet dat Mevr. Fair­banks in de laat­ste ti­j­den meer als vrouw op­treedt.

De films, waarin we ze bin­nen kort zullen zien, zijn hi­er­van het be­wijs.

’ MARNIX

getiteld Leu­ven, vervulde de kleine Betty een rol; ze kweet zich ver­di­en­stelijk vun hare taak, en kreeg gele­gen­heid tot 1917 in meerdere tooneel-stukken en revue ' s op te tre­den.

In­tuss­chen was de gui­t­ige blon­dine tot een prachtig gebouwd bukvis­chje gegroeid; alleen haar ver­schi­jn­ing vóór het voetlicht bracht de zaal in ver­rukking. En als ze gezon­gen had, kwam geen eind aan het ap­plaus! Haar pop­u­lar­iteit was zoo groot bij zek­eren, dat menig kri­tikus in een vlaag van en­t­hou­sia sme .uitriep:-« Dit vi­jf­tien­jarig meisje heeft meer ge -daan voor 't suk-ses van het stuk, dan alle an­dere arti­esten te samen ».

Helaas, een dom, on­verwachte gebeurte­nis moest opon­thoud bren­gen in de loop­baan dezer vee­belo-vende kun­stenares. Een bom uit een boven Lon­den zw­evende vliegma-chien, ont­plofte dicht bij haar, en ze werd door de scher­ven ern­stig gek­wetst. « Hi­er­door werd ik knock-out • ezet, niet gedurende tien sec­on­den, doch ti­j­dens tien lange/ maan­den », aldus spreekt de lieve film­ster, als ze over dit feit gy­waugt.

De ged­won­gen rust was weinig in den smaak van Betty. Ze snakte er naar — als zoovele jonge dames van Lon­den, van En­ge­land, van el­ders ook, niet waar, lieve lez­eres — een proe­fje te wagen vóór het verblind­end * licht van booglam­pen en sun­light's. Pas op de been vond ze gelukkig' een en­gage­ment: ze zou « Salby » zijn in Noth­ing Else Mot­ters. Haar

0000000« oooooooooooe­Qooooooooooooooooooaoooo o 60000000 0-500000000000000 ooooooooooO

£)n j voor­bi­j­gaan,

een lit­terair praatje, f

oooooooooooooooo oooooooo oooooooo ooeoooeo ooooocoo oooooooooooooooooo ooooooooQ

MILI­TONA

'— Wel ja, Mili­tona! Min­li­tona! Mir­la­ton-iein­tanla!... Zeg, kent ge dat? Naar liet beroemd roman van Théophile Gau­tier?... Lees de af­fiche daar... Ze spe­len dat in den cin­ema. En 'k heb hooren zeggen dat'het zelfs schoon is...

Mili­tona?... Théophile Gau­tier?.:. Wacht! k Heb het!... Op school nam de Prof mij eens een .boek'uit de hand... Iets van dien Theo-phiel. De Prof keek het boek in, stopte het gauw in zijn schuif. « Ge zoudt beter doen met- uw geome­trie te blókken, zei hij, op een

Beter zoudt ge doen uw geome­trie te blokken dan Gau­thier's ro­mans te lezen.

toon die mi­noer streng was dan die welke ik van rechtswege van hem mocht verwachten. « Overi­gens, ge zult nooit ktin­nen reke­nen, gij. Ge wordt nog, God-be­ware-me ook nog zoo’n stuk lit­ter­a­tor!... » Heel de kilas schoot in een la

- - ’k Heb ik ook wel eens hooren spreken van een Gau­tier en die was in­der­daad geome­ter te Hel­met, of er­gens langs die kan­ten... Zou die Mili­tona!...

Zwijg, bar­baar' He Gau'icr \an mij is al lang gestor­ven! \\ >1 vi­jftig jaar gele­den! '( Was . oen dichter... Ken groot dichter, een schilder, een ro­man­schri­jver, de vriend van Vic­tor Hugo, van Georges Hand, van Al­fred de Mus­set/..

— Tiens, ze spellen in den einetna «Mar­got», naar Al­fred de Mus­set, ’t Is iets onder den tijd van Napoleon en de jon­gen heeft-een huzaren­broek ‘han. Dat moet ook schoon zijn, hé?

— Dat zijn de Klassiek­ers, mijn vriend! (Ze kun­nen die niet ge­noeg filmeeren! De Mod­er­nen met hun cow-boys en hun bet coverde kas­tee­len!... We komen sti­laan terug tot de Meesters!.,. (Dat doet me danig plezier! Dat zijn de geome­ters van de Kunst!... Uit hen groeit ons ar­chi­tec­tuur! Zij vor­men de bouwmeesters die werken aan den ophouw van de Ciné-kunst! Want bij hen vin­den wij maat, evenredigheid, gewicht, pro­por­tie, gelei­delijke aa­neengeke­tende. afwis­sel­ing, volkomen ryth-mus in deel en geheel. En tucht, mijn jon­gen! Tucht!... Die smaak wordt goede, fijne smaak! Zon­der tucht die smaak is, wordt ge ku­bist en verkoopt ge gazetten dié iedereen gretig leest en wegsmijt zon­der wroeg­ing. Zij waren pyra­midis­ten die werk op­trokken dat in onze woe­lende, dav­erende woesteni­jen van buizen •pal staat als Egyp­tis­che steen!

— Maar, ouwe babbe­laar! Mili­tona? To­tai-ne­ton­ton?...

— Laat mij gerust met uwe Mili­tona!... ’t Is uit Gau­tier gei rokken?... Ja?... Dan is het goed! Gau­tier, die « Cap­i­taine Fra­casse » schreef, en ook « Le Roman d’une Momie ».

Dat spe­len ze ook op cin­ema.

— Juist!... En nog veel méér... Ze pik­ten uit Théophile zon­der het hem te vra­gen!... Hij is overi­gens rijk ge­noeg!... En wat is zijn Mili­tona?... Die nie­mand van te voren kende? ’k Zal ik het u zeggen; een ro­man­neken van een 'hon­derd bladz­i­j­den. Een Spaanse!) his­to­rieken van een hart­stochtelijk ni­jdige tor-reador die op T einde zijn eigen laat doo­d­steken door een stier, voor duizen­den men-schen en de vrouw die met een ander trouwde! « At­lantide » en « Le Rail » zi jn heel wat ro­man­tis­cher! Want Gau­tier, die de mooiste beschri­jv­ing van Spanje geschreven heeft-, de eenigc die waar lev­end bli­jft, geeft zeker in dat één nov­el­leken, vol kleur en geur, méér Spaariseh te hooren, en te be­gri­jpen, dan zijn naloop­ers Barrés of L.​ouys!.... Ga « Mil­lion; zien. mijn vriend!

Als ge meê komt!

\sje­blief... Le Soi) .’.„ La Dernière Heure? Daar... Dank ù.., fie zegdéi?...

Waar?

Naar Mili­tona'

Neen... k /el nooit een voet in cin­ema als ze: mijn. klassiek­ers spéllen..:, k Vm - de de­sil­lusie!,.. Want... Ge moet weten, .wii'iid . Mom Ciné com­plet"?... Vla Madame!...

II COOP­MAN» Thzn.


.... ni mu II ni II Il HIHI IM I Mil II I II._

POUR AVOIR UNE BIÈRE BONNE ET SAINE

Adressez-vous à la Brasserie

VAN HOMBEECK

BERCHEM - Tél. 5210

RUDIS en BOUTEILLES - en FUTS

HA­BILLEZ

FOS

EN­FANTS

BRI­TAN­NIA

17, Longue rue d’Argile

Mai­son 1IKHTIIY

106, rue de l’Eglise, 106

ffT

Arrange­ments — Répa­ra­tions Con­ser­va­tion de four­rures Prix avan­tageux — Tra­vail soigné

la MWK fiente in­ioMle

12, rue Van Ert­born

Tel. 292/ AN­VERS Tél. 292

Agence pour la Province d’An­vers du Vrai "FER­ODO”

Agence pour An­vers des Roule­ments à billes S. K. F.

Agence générale pour la Bel­gique du Di­a­mond et Noble's Pol­ish

La se­file mai­son de la place four­nissant aux garages aux prix de gros

PHO­TOGRAVEURS

DESSI­NA­TEURS

CLICHES

CAT­A­LOGUES RECLAMES

öKä. il­lus­tra­tions

EX­E­CU­TION P1"" BAPIDE ET SOIGNÉE

Champ Vlem­mehx.. 8 AN­VERS

Teléph • 9209

HSHSHSH5H5ZSZ5HSHSHSH5aSH5H­SaSE5E5raS

* OU­VRAGES DE DAMES fi

OU­VK­AGFS DESSIXKS

LAINES, SOIES, CO­TONS, COU­VRE-LITS, NAPPES, STORES, BON­NET­TERIE A LA MAIN, DEN­TELLES, JUMPERS

MAI­SON EMMA

WOL, ZIJDE, KA­TOEN, BED­SPREIEN, TAFEL-KLEED­EREN, STORES, KAN­TEN, HAND­BREIOOED, JUMPERS

An­vers, Rue Von­del­straat, 15, Antwer­pen

GAR­NI­TURES

POUR

Fu­moirs, Sa­lons, Boudoirs Cham­bres à coucher Ve­ran­dah Fau­teuils - Club

11, Longue rue du Van­neau

(près du parc)

I MEUBLES 1

I Les plus grands Ma­g­a­sins en Bel­gique |

9 Longue rue des Claires* 9

I Grand choix de gar­ni­tures. 200 salles à manger, | J cham­bres à coucher, sa­lons, cuisines, ve­ran­dah’s, | bu­reaux, li­ter­ies, chaises-longues, etc. etc.

li­ai­son Améri­caine

Meilleur marché qu’ailleu*s I Ou­vert tous les jours jusqu’à 8 h. . |

I Ma­g­a­sin fermé |

Autos pour Cérémonies. Mariages, Baptêmes et Fêtes

Garage J. & H. DEHU

Téléphone 3107

42, Canal des Brasseurs - AN­VERS

VOY­AGES A L’ÉTRANGER - EX­CUR­SIONS PRIX A FOR­FAIT

esru'ï

A. d eT?oo s - 5?eeLCLû>t

XTÏÏh £E%rc STRAAT«ZO

BRODERIES

DESSINS MOD­ERNES

PER­LAGES, BOU­TONS, POINTSCLAIRS. PLIS­SAGE

M“ RYCK­AERT

RUE RUBENS, 17, AN­VERS

TRA­VAIL SOIGNÉ ET RAPIDE

(Vl1

.. EN­GELSCH HOE­DEN­MAGA ZUN.. 0N­DEL­STR., 19 CAUS (nabij St. Jansplaatsi

De laat­ste ‘ ' ' in Vil­ten Hoe­den

üinqe leus

Zïet Eta­lage

02147165


WVUWWWWV

ROYAL - ZO­OLO­GIE CIN­EMA

Les pre­miers mètres du film nous mon­trent les travaux de ter­rasse­ments en­tre­pris près de Ma-tarka, où des ou­vri­ers ex­hument la dalle por­tant l’in­scrip­tion dont la lec­ture don­nera lieu à l’aven­ture de lumière, de pit­toresque et de beauté à laque­lle nous as­sis­terons. Le vieux Bakir, em­ployé à cet en­droit, com­pren­dra que la jeune fille désignée par récri­t­ure prophétique pour sauver l’em­pire du Mo­greb, est sa pro­pre en­fant, la belle Zilah, qui vit dans le Sud parmi les danseuses de .Terba, où le vieil­lard se rend.

Zilah est aimée du jeune caïd Sli­man lil Hamza, auquel elle, se refuse, malgré l’amour qu’elle éprouve pour lui. Or, le soir de l’arrivée de Bakir, Sli­man donne une fête in­time à ses amis, dont la danseuse est la grande at­trac­tion. Ce même soir ar­rive Saïd, frère de Sli­man, qui, parti depuis longtemps, se cache sous l’anony­mat d’un vul­gaire chame­lier. L’entrée de la salle où danse Zilah est in­ter­dite à Bakir, qui at­tend à la. porte avec sa pas­sivité eth­nique; Mais Saïd, es­suyant le même refus, entre par la toi­ture et livre un com­bat ter­ri­ble -aux invités de, son frère, qu’il épargne. Sept hommes gisent s'ur le sol à cause d’une vierge: la (première’ par­tie de la prophétie est réalisée.

Saïd, maître de la place, fait en­trer ses amis et Bakir: Zilah danse pour eux parmi les ca­davres, mais Sli­man re­vient .avec du ren­fort, il fait lig­oter et emmener son frère, qu’il n’a tou­jours pas re­connu; mais Saïd a ap­pris de Bakir la prophétie qui con­cerne sa fille et jure de la con­train­dre à ac­com­plir son des­tin.

Dès le lende­main, Zilah, qui re­fu­sait de suivre son père vers Ir­chad, cap­i­tale de Moghreb, y est con­trainte par Saïd évadé. Tous trois par­tent à tra­vers le, désert, pour­suivis par Sli­man et ses meilleurs cav­a­liers, qui trou­vent les puits comblés sur leur pas­sage. Bakir suc­combe, Zilah ap­pelle son aimé, qui la re­joint enfin, et la car­a­vane les re­cueille. Mais Saïd sur­git, in­forme le chef de la mis­sion sacrée de la jeune fille, et la car­a­vane aban­don­nera Zilah. Dressé de­vant son frère, Saïd l’épargne en­core, mais lui or­donne de con­duire la danseuse à Ir­chad, où ils parvi­en­nent après une route longue et pénible.

à Ir­chad, îc sul­tan Yali Khalcd est sub­jugué par les charmes de son épouse Djahila, qui fa­vorise traîtreuse­ment lc-s ban­des armées qui vont at­ta­quer la ville, et aveuglé par sa pas­sion. Le pe­u­ple est en émoi lorsque ar­rive Sli­man, qui a aban­donné Zilah, et l’ou­bliera dans les en­chante­ments du palais. Sàïd, qui a re­cueilli et claustré la vierge prédes­tinée, at­tend le mo­ment fa­vor­able pour la con­va­in­cre de la trahi­son de Sli­man. Ce dernier, chargé d’or­gan­iser, la résis­tance, se dérobe et se laisse tuer. Zilah, poussée par Saïd, fa­na­tise le pe­u­ple au mo­ment de l’at­taque des en­ne­mis,, sauve Ir­chad et est choisie pour sul­tane par ccla­ma­tions. Saïd, appelé par elle, refuse de muser et, sa mis­sion ac­com­plie, repart à tra-rs le désert.

PRO­GRAMME DU 23 AU 27 SEP­TEM­BRE

1. La chasse du jeune Henri

Ou­ver­ture

Méhul

2. Vive la lib­erté

comédie in­terprétée par MAY AL­LI­SON

3. Nuits de Chine....F. Ben­neik

Vive la lib­erté

5. Swanie

G. Ger­schwin

grand drame en 7 par­ties avec STACïA NAPIERKOWSKA

dans le rôle prin­ci­pal

PRO­GRAMMA VAN 23 TOT 2 7 SEP­TEM­BER

1. De jacht van den jon­gen Hen­drik

Open­ingstuk

Méhul

2. Leve de Vri­jheid |

tooneel­spel ver­tolkt door MAY AL­LI­SON #t4

3. Chi­neesche nachten....F. Bcîincik

Leve de Vri­jheid

groot drama in 7 dee­len met STA­CIA NAPIERKOWSKA in den hoof­drol

Se­maine prochaine le film sen­sa­tion­nel

mmm cc drier

in­terprété par Mme Maria Corda

et Galaor

de la Comédie Française

(Sam­son)

A par­tir du 7 oc­to­bre le grand film d’Art

OHME OE M0N­S0REHU

après le célèbre roman «TALEXAN­DRE DUMAS et in­terprété par )a grande vedette française Geneviève FELIX

WVWWJVm/V

1 n’ Ch’ Allah!

« Het itijk van Moghreb zal van een groot on­heil gered wor­den door een jonge beeld­schoone maagd, -wier vader al­daar ge­boren werd en voor wie zeven man­nen in denzélfden nacht zullen ster­ven. »

Dat is de prophétie die gebeit­eld staat op een graf­s­teen welke men opdelft in de om­streken van Matarka, tji­dens al­daar uit­gevo­erde werken. Tus-schen de ar­bei­ders bevindt zich de oude Bakir; hij be­gri­jpt, in­tu­itief, dat het meisje door de geheimzin­nige wo­or­den aange­duid, zijn eigen doch-, ter is, de schoone Zilah, die in hel Zuiden ver­toeft, te Terba, als danseres. Daarheen vliegt de oude Bakir.

Zilah wordt be­mind door de jonge caïd Sli­man El Hamza, wiens liefde zij niet beant­wo­ordt, al­hoewel zij zich toch tot hem aangetrokkén gevoelt. Den dag dat Bakir in Terba komt, geeft Sli­man een feest, zijn vrien­den ter eer, en waarop Zilah dansen zal; nie­mand wordt op dat feest toege­laten: Bakir zal geduldig wachten aan de deur.,. Dien­zelf­den avond komt ook Saïd, Sli­man’s. broeder, door nie­mand herk­end, wijl hij sinds lang het land als sim­pele kemeldri­jver doortrekt.

Daar hem ook de toe­gang tot het paleis streng ontzegd wordt, en hij besloten is tot alles, klautert liij op het dak, springl door de zolder­ing in de zaal waar Zilah danst. Een ver­woed gevecht breekt los: slechts zijn broeder Sli­man, die hem niet herkent, spaart hij: zeven man­nen liggen . ziel­to­gend op den grond... door Zilah, die nóg maagd is. Saïd laat zijn vrien­den en Bakir bin­nen­tre­den: vóór hen zal Zilah nu dansen over de zeven lijken...

Sli­man echter keert terug met ver­sterk­ing: hij laat Saïd vast­gri­jpen en op­sluiten .'Maar deze heeft van Bakir de roeping ver­nomen die Zilah vervullen moet, en hij zweert dat ze deze vol­bren­gen zal.

Hij weet te ontsnap­pen en dwingt het meisje haar vader naar Ir­chad, hoofd­stad van de Mogh-reb, te vol­gen. Zij dóórtrekken de. woestijn, achter­volgd door Sli­man en zijn beste ruiters, die hen ver­voe­gen. Wan­neer echter Saïd aan het op­per­hoofd dér, kar­avaan de heilige pro­fetie veropen­baar!, wil hij Sli­man niet meer vol­gen. De beide broed­ers staan.​als vi­jan­den tegen­over elkaar, doch Saïd spaart nog­maals Sli­man en geelt het bevel de danseres naar Ir­chad te vo­eren. Daar komen zij na een lan­gen', pi­jn­lijken tocht.

lij Ir­chad smeult de op­stand: De sul­tan Yali Khaled, verblind door zijn passie voor zijn vrouw Djalnla, gaat zijn on­der­gang tege­moet, te meer daar deze laat­ste op laffe wijze de vi­jandige ben­den ste­unt, uit hcer­schzucht. In de be­tooverin­gen van het paleis heeft Sli­man Zilah ver­geten, door Saïd nu ver­bor­gen gehouden, wach­t­end « het » oogen-blik. Sli­man, aan wie op­dracht gegeven werd Ir­chad te verdedi­gen, Iaat zich doo­den, ter­wijl dc Sul­tan vlucht. Zilah, door Saïd aangezet, zweept het volk op, wan­neer de vi­jand den aan­val blaast, en zoo redt zij Ir­chad cn wordt als Sul­tane uit­geroepen.

Im­primerie du Cen­tre, 26, Rem­part Kip­dorp, An­vers


'Ses­sue Hayakawa in Frankrijk

Het kas­teel van Ses­sue Hayakawa, zijne gewoonU­jke verbli­jf­plaats in Cal­i­fornie.

We hebben eenige weken gelei­den herin­nerd, dat de grootë Japansehe fil­mac­teur Hayu-kawa, en diens gade Tsuru Ao-ki, in Frankrijk waren ge­land, om « La Bataille -» (De VdM­slag), van Claude Farrère, af te draaien, onder lei­d­ing van den toon-eelschikker Vi­o­let.

Eenige bi­j­zon­der­he­den aan­gaande de loop­baan van Ses­sue zullen, mee­nen wij, onze lez­ers welkom zijn.

Hij is ongetwi­jfeld een, der meest pop­u­laire fil­mac­teurs, deze Japan­ner, die bove­nal in die films, waarin hij in z’n eigen na­tion­aliteit naar voren treedt, een zdldzame on­troer­ing weet te. wekken bij de toeschouw­ers.

De japan­sche arti­est die op bet oogenbîik La Bataille, van Claude Farrère draalt, onder bet bestuur van M. Vi­o­let.

Nauwelijks twee-en-der­tig jkar oud, heeft hij een buitenge­wone ver­maard­heid.

Den lOden Juli 1889 is hij in Toikio ge­boren. Door z’n oud­ers werd hij, toen hij daar­voor den leeftijd had, naar de zee­vaartschool gezon­den, daar zij besloten had­den heïn op te voe­den tot een hooge posi­tie bij de Japan­sche zeemacht. Ses­sue had echter een oom, die als ac­teur reeds heel wat lauw­eren geoogst had en al spoedig trok het tooneel ook def aan­dacht van den jon­gen, die ten slotte, na zijn hard­nekkig aan­drin­gen, toestem­ming van zijn fam­i­lie kreeg, om zich aan te sluiten bij het gezelschap, waar­bij zijn oom speelde en waar­van ook de wereld­ver­maarde mevrouw Yacco deel uit­maakte.

Hij heeft het te danken aan deze vrouw, dat 'hij met het gezelschap naar Amerika ging •en daar drong het tot hem door, van ho­eveel be­lang 't zou zijn Kn­glesche klassieke too-neelwörtken in Japan te in­tro­duceeren.

Ses­sue Hayakawa wilde eerst de En­gelsche laai goed machtig wor­den en vol­gde een jaar lang de col­leges in de En­gelsche taal- en let­terkunde aan de Uni­ver­siteit te Chicago. Hij keerde daarna naar Japan -terug en wist er niet alleen de werken van Shake­speare, maar ook die van Ibsen bek­end te maken. Een enorm suc­ces oogstte hij in de rol van Oth­ello.

Later begaf hij zich nog eens met een Ja-panseh tooneel­gezelschap naar Amerika en bij die gele­gen­heid stelde Jesse L. Lasky hem voor zijn kunst aan de cin­e­matografie te geven, be­gri­jpende dat het gebaren­spel van den Ja-pan­ner geknipt zou zijn voor ’t witte dö'-k.

(Zie venolff hl' 74i

Er was eens een arme moeder hond, die, op een ver­daten erf, zich geves­tigd had in een afgedankte wa­gen-, en daar te mid­den van

kent het lot der hon­den waar­naar nie­mand in­formeert: ze vvqp­den een prooi des doods... Voor ze stierf, huilde, ker­mde de arme moe-

»oude lor­ren en stroo, het leven schonk aan drie lieve hond­jes, wit en zwart gevlekt. Toen de kleinen vet en glim­mend be­gonnen te wor­den, en haast alleen uit het nest had­den kun­nen sprin­gen, gebeurde:hun een groot on­geluk.

Hun moeder die op zoeik naar voed­sel was gegaan, ont­moette een hand­haver van vrede en recht, die lipt beest meevo­erde om rede dat het zon­der hals­band de straat opliep. O ij

dor, want hare kindert­jes zouden van honger zeker omkomen. Doch het lot had er an­ders over beschikt. Het geliefkoosd luxe-beest eener aris­to­cratis­che dame ho­orde de hond­jes janken, ging om het ver­laten erf snuffe­len, eft vond het hon­gerige kroost. Was het niet het moed­er­lijk in­stinct dat den hond der rijke ertoe bracht de hulp­be­ho­even­den tot de mooie auto zi­juer meestéres te dra­gen die. ze wegvo­erde tot liet prachtig hak, waar ze, ver-


tye cT­lambäuen in Qeoaar!

der hun leven--d* peis en vree on­be­zorgd mochten sli­jten? In het Paradijs der Hon­den woei zeker een zachte bries, die de arme moeder kwam toe­fluis­teren wie zorg had genomen van haar wit en, zwart gevlekte kinders.

Doch, hoe komt u ertoe — zal de lezer denken - ons een dergelijk fa­beltje te vertellen, waar de titel van den aangekondig­den film -- de Flam­bauen in gevaar — heel wat stoutere denkbeelden in den geest oproept.

Ken oogen­blik geduld slechts. Deze kleine

een on­voorzien orugelhk:

Deze ramp is maar de voor­bode van /:euw on­heil. On­danks ( n woede, kan de kolonel het gebeurde niet ongedaan maken, en hij neemt als voor­wend­sel een lange reis, om in gezelschap van Rosie zich maan­den­lang uit het oog van vrien­den en bek­enden te trekken. De kleine we­duwe, die slechts gehoopt had een rustig, eerlijk, werkzaam en gelukkig leven te sli­jten, be­valt nu van een baby, dat doo­dge­boren is: zoo ten min­ste heeft haar de oude min verzek­erd...

De tijd lenigt de groot­ste smarten. Rosie, her­steld, zal nog van het leven ge­ni­eten, Harry Tyler, in de oo-gen van den kolonel de geschik­t­ste schoonzoon, bekent . Rosie zijn liefde; nu, de jonge we­duwe zal in dit huwelijk toestem­men, zoo haar vader toe­laat dat haar ver­loofde met haar verleden in ken­nis wordt ge­bracht. « Het verleden is dood », verk­laart barsch de ond-of­ficier: hij dringt er

zoo op aan, dat Rosie ten slotte er toe besluit de stem van haar geweten tot -zwi­j­gen, te bren­gen, en ze wordt Mevr. Harry Tyler.

In­tuss­chen is oneenigheid ontstaan in Emma’s buiskring. Harold Bur­ton had ged­roomd een paar flinke kinderen te hebben; doch daar wil zijn vrouw niet van hooren, en zij verdiept zich steeds in haar lichtzin­nig loven. Bur­ton kart hef niet langer aanzien. en ver­laat het huis.

(Zie ver­vol/?hh. 77)

para­bel dient als in­lei­d­ing of vergelijk­ing tot de vol­gende tafe-ree­len: na een'bf’’ in het dieren­rijk, M een ander in dat der men- j sehen. I

Een mil­lion­air, een j man van eer, oud-ko- Y lonel Lewis, had na den dood zi­jner vrouw zijn beide dochters streng opgevoed.

Emma, de oud­ste, was met den rijken Harold Bur­ton getrouwd: een schoone ver­schi­jn­ing was ze, en ze wist het ook. en con voor haar steeds hernieuwd genot be­stond uit schit­teren en para-deeren in bals on feestpar­ti­jen.

Rosie, de jong­ste, 'n lief lachebekje, aan­had in stilte een jonge in­ge­nieur, die helaas geen duif bezat... Natu­urlijk, had de kolonel veel hoogere plan­nen voor zijn dochter in ’t oog; maar sterker was de liefde dan de wil des vaders, en de jonge gelief­den besloten in 't geheim te trouwen. Eenige dagen na­dien was de echtgenoot van Rosie het slachtof­fer van


ch)af bet doek ons biedt

A Tay­lor made Man

pas

een

I jonge

John Faul Bart, n een­voudige strijk­ers-gàst, werkzaam bij de kleer­maker An-toon Huber, zoekt 'n mid­del om zijn posi­tie te ver­beteren. Hij is een denker, leest veel, en acht zich iri staat het vraagstuk van samen­werk­ing tuss­chen kap­i­taal en werk te ver­wezen­lijken.

Daar­bij heeft hij zeer eigen-, aardige gedachten wat be­treft de in­vloed van een goed geknipt col­bert-pak op de men­schen; hij is over­tu­igd dat een el­e­gante heer steeds een goe­den ïndruk geeft, die daarna slechts be­hoeft on­der­houden door 't wel­sla­gen zi­jner on­derne­min­gen. Ieder lacht hem uit, en vooral Gusta-vus, de jonge weinig tal­en­volle let­terkundige, ’n vriend van den kleer­maker die hem met zijn dochter Tanya ver­loofd heeft. Tnnya is even­wel van oordeel dat John’s on­derne­min­gen niet ont­bloot van grond zijn.

Op een avond had John Paul, na het gestreken te hebben, het kos­tuum eens be­mid­delden jonge heer aangetrokken .... en begaf zich zoo naar de re­cep­tie-avond bij den scha­trijken bankier Stan­law, van New-York. Nu, na tal­rijke wed­er­vaardighe­den, slaagde hij er in zich onder de genood­ig­den te plaat­sen, en de aan­dacht van Abra­ham Nathan, voorzit­ter der Oceanic Steam­schip Cor­po­ra­tion, naar zich te trekken, die hem ver­zocht ’s an­deren­daags eeny­achtreisje te doen.

De Oceanie heeft moeielijkhe­den met het werkvolk, en de bel­hamels zijn zoo stout tot Nathan te ger­aken. John Paul, dank aan zijne koel­bloedigheid, weet hun plan­nen te ver­i­jde­len.

Abra­ham Nathan be­zorgt hem dan ook een prachtige be­trekking in de maatschap­pij, waar hij gele­gen­heid heeft zijn denkbeelden te ver­wezen­lijken, en stakin­gen te voorkomen.

Drie rijke meis­jes, Corinne Stan­larw, Claire Nathan en Bessie Du Puy, flirten min of meer met Paul, doch deze denkt meer aan Tanya, de dochter van zijn gewezen baas. Deze laat­ste voelt vol­strekt geen ge­ne­gen­heid voor Gusta-vus, en bekent hem dan ook dat Paul haar hart veroverd heeft.

De schri­jver zal zich wreken. Hij weet dat de werk­lieden zeker zullen sta • ken, zoo een hun door John Paul gedane belofte niet door de di­rec­tie der Oceanic beves­tigd wordt tegen een zek­eren tijd. Met zijn ko­r­nu­iten achter­volgt Gus­tavus den veel­beloven­den Jonge­man, en valt hem aan, bij de kaaien, tot op een boet. Doch Paul weert zich krachtig, gooit Gus­tavus over boord, worstelt met zijn aan­vo­erders 40 voet boven water, en dan — een oogen­blik rust te baat ne­mend, stopt hij het doc­u­ment in zijn mond en springt in 't water; zoo bereikt hij nog bi­jti­jds de werk­plaat­sen, en voorkomt de stak­ing.

Nu wil' Gus­tavus een an­dere weg in­slaan. Hij stelt re­porters van groote bladen op de hoogte van Paul John’s vorig lev­enswi­jze; en wel­dra weet ieder dat de vertrouwel­ing van de Oceanic een gewezen strijker is. John Paul Bart keert mis­troostig naar

het kleer­mak­ers-materug, waar i steeds op hem gewacht. Doch ïeeft hij naar roek gegrepen, m naar be­hoo-persen, of daar de deur open, ham Nathan! bin­nen en d:

Tat doet U hier, vriend? Uw is in de kanto-in de Oceanic. ver van hem zijn verleden te ver­wi­jten, herin­nerd de rijkaard dat ook Lin­coln eerst ’n werk­man was, hij die later Pres­i­dent der Veree-nigde Staten werd.

Het pleit is voor, goed gewon­nen, voor Paul lohn Bart, en ook voor Tanya die mor­gen zijn echtgenoot zal wor­den. — X.

De Flam­bauen in Gevaar

(Zie begin op bz. Q.)

'Rosie, die weer het. geluk kent, raadt hare zuster aan een kind aan te nemen uit het weeshuis; zij zelf be­zoekt dik­wi­jls die in­richt­ing, on­schuldige slachtof­fers uit het nest gevallen eer zij de moed­er­lijke zor­gen kon­den mis­sen... Eens trof het Rosie hoe een klein dreumesje, zijn eerste stap­pen wa­gend, tot haar ging: de jonge mevrouw Tyler nam het kind op haar schoot, en — wellicht door moe-dermstinct gedreven — kuste het hart­stoch-telijk, ter­wijl de oude min die. haar vergezelde in tra­nen uit­barst.

Ach, mevrouw, legde ze uit, ik heb u des­ti­jds bedro­gen. Uw vader was het die mij dwong u voor te liegen. Uw baby was niet doo­dge­boren, we hebben het in dit weeshuis uitbesteed, en... ’t is het kindje dat u nu in uw armen drukt.

Photo uit A Tay­lor made Man

Het eind van dit a!? Ach! kon de moeder nu langer zwi­j­gen? Kon de echtgenot wree-der zijn dan de hond waar­van sprake in het in­lei­d­ingsver­haal? Kon kolonel Lewis langer de natu­ur­wet misken­nen?

Neen, als de flam­bauen die in de oud­heid van hand tot .Land gin­gen, en wier vlam angst­val­lig on­der­houden werd, zoo zal voor­taan de heeie fam­i­lie ijv­eren tot be­houd van dat kind, hun aller lev­enslicht en geluk!

Photo uit 1 Tay­lor made Mar,. (Zie hr.. IO.)


12

chJat bet doek ons biedt

Zijn Groot­ste Opof­fer­ing

Richard Hall, de tal­entvolle roman

schri­jver, is een goed echtgenoot, en be­mint zijn dochtertje Grace. Zijn vrouw, Alice, die 'n prachtige stem bezit, zou als can­ta­trice willen op­tre­den, en. Richard laat ze dan ook de­bu­teeren. Doch Mevr. Hall heeft een zek­eren Tucker ont­moet, die zich als haren man­ager op­dringt, en er in slaagt de jonge vrouw aan hare fam­i­liele­den te ont­trekken. Eens zelfs, na een hevige wo­or­den­wis­sel­ing, ver­laat Alice man en kind om lauw­eren te gaan plukken in het buiten­land.

Daags vóór ze scheep gaat, wil Richard een laat­ste poging aan­wen­den om zijn vrouw te her­win­nen; hij laat Grace aan de zor­gen van zijn moeder. Door woede verblind, en een re­volver hanteerend, uit hij bedreigin­gen tegen Tucker, die in een aan­gren­zend vertrek moet zijn. Het schot wordt gelaten: de man­ager van Alice is doo­d­elijk getrof­fen, en stort neder. Kort na­dien ver­schi­jnt Richard vóór zijn rechters, en op den dag dat zijn vrouw haar groot­ste tri­omf in Lon­den boekt, wordt hij voor lev­enslang opges­loten...

Hall’s moeder, hi­er­door gek­nakt, kwi­jnt weg en sterft, en de kleine Grace bli­jft alleen op aarde.

Twintig- jarën na­dien vin­den we Alice terug: ze is de meest gevierde zan­geres ge­weest, doch nu daalt haar roem, en ze moet plaats ruimen voor jon­gere en meer be­gaafde el­e­menten.

Ze keert naar Amerika terug met het doel haar dochter terug te vin­den, bij wien ze troost en rust meent te hebben. Doch Grace is de sec­retares van een phil­antroop, den Heer John Reed, die veel liefde en waardeer­ing voelt voor het dap­per, jong vrouwtje. In­der­daad is Grace reeds we­duwe na een ko­rt­stondig huwelijk, en of­fert zich op om haar drie­jarig jongetje op te voe­den.

Wan­neer nu Mevr. Hall zie1 bij John Reed aan­meldt om «haar dochter» op te eis­chen, antwo­ordt deze dat ze een moeder niet herkent, die twintig jaren weg­bleef zon­der naar haar kind om te zien.

John Reed be­mint in stilte zijn bescher­melinge, en dingt om haar hand. Richard, die tweè-en-twintig jaren gevan­gen bleef, werd nu, dank zij zijn goed gedrag, op vrije voeten gesteld; rondzw­er­vend, is hij ge -dwon­gen zich tot John Reed te wen­den, hoofd eener lief­dadighei­dsin­stelling.

Een ' photo van Grace ’ s groot -móeder, op een tafeltje gelaten, trekt zijn aan­dacht: hi­er­door verneemt hij wie zijn dochter en klein­zoon zijn. Doch het geluk van deze dier­bare wezens zal hij niet storen, en 'hij besluit voor immer te vertrek -ken; maar niet vooraleer een laat­ste maal Grace en haar kind gezien te hebben. Hij wordt even­wel in het eigen­dom van Reed gevon­den, kan

geen uit­leg geven om zijn tegen­wo­ordigheid te recht­vaardi­gen, en wordt dus als in­breker aange -houden...

John. Reed, die de waarheid ver­nam uit monde van zijn ver­loofde, wil hem red­den door alles aan de rechters bek­end te maken. Doch Hall be­weert Grace nooit gezien te hebben, houdt vol dat hij een dief is, en dus zijn ver­di­ende straf zal on­der­gaan.

Tot, op ’t laatst, twee mol­lige arm­p­jes hem vat­ten, en hij hooren moet: « Groot­papa, waarom wilt U niet naar ons beide omzien? » t Is de kleine jon­gen die hem aldus smeekt. Hoe zou een groot­vader de stem van het bloed kun­nen bed­win­gen. Hall bekent nu, onder tra­nen, zijn iden­titeit; John Reed zal wel zor­gen voor den gri­jsaard, die in vrede-zijn laat­ste jaren zal sli­jten in gezelschap van dochter, schoonzoon en kleinkind.

De film waar­van we hier hel sce­nario geven, is te danken aan het Amerikaan­sch huis Fox, dat ons reeds Nero en Maman te zien gaf, twee zeldzame mooie pro­duc­ties.

In de hoof­drol (Richard) treedt op William Far-nium, een der meeste pop­u­laire fil­mar­ti­esten van Cal­i­fornie. Ook dit­maal wist deze flinke kun­ste­naar een prachtige cre­atie van zijn rol te maken; gevoei-vol, sober, en juist daar­door des te in­druk­wekkender is zijn spel.

De an­dere ver­tolk­ers ver­di­enen ook een woord van waardeer­ing, ter­wijl de photo helder en net,

een groote beko­r­ing voor het oog uHj­nauk;

Zijn groot­ste opof­fer­ing is een der beste film voort­brengse­len van dit seizoenc}ieeren dt> ioskoop-d) es­iu­ur­ders

Wilt U het blad De Cin­ema in Uw zaai laten verkoopen, met het pro­gram der voorstelling? Vruag t dan voor waar­den aan den uit­gever van De Cin­ema, 10-12, Charles De Coster­straat, of aan den heer H. Jaspers, 17, jj Paaschbloem­straat, Brus­sel.

De Heer Jaspers begeeft zich ter plaatse jj om alle in­lichtin­gen te ver­strekken.


CHARLES RAY

MARY PICK­FORD

CHAR­LIE CHAP­LIN

De hi­er­boven gedrukte karika­turen, ontlee­nen wij aan Les Vedettes Mon­di­ales du Cinéma, een Album door den Heer Spat samengesteld, en waarin de kun­ste­naar raak en naar waarheid de typ­is­che uit­drukkin­gen van eenige der meest gevierde film­ster­ren heeft afge­beeSd, Onze geluk­wen­schen aan den heer Spat, met zijn artistiek en tal­entvol werk.

Ses­sue Hayakawa in Frankrijk

(Ver­volg van bh. ö).

En dit was goed gezien: in zijn eerste film, « The Ty­phoon >>, oogstte Hayakawa een ongeëve­naard suc­ces, dat hem met één sprong bracht op de vooraanstaande plaats onder de film-ac­teurs, die hij sinds­dien is bli­jven in­nemen.

In de dagen dat hij deel uit­maakte van het tooneel­gezelschap van mevr. Yacco, leerde hij voor het eerst Tsuru Aoki, z'n tal­entvolle Japanis­che vrouw, ken­nen. Zij speelde toen nog kinderroülen,

In de stu­dio’s van Lasky, waarheen het film­spel ook haar -ge­bracht had, ont­moette bij haar weer. Samen werk­ten zij in films en samen bestudeer­den zij de En­gelsche taal om die volkomen machtig le wor­den. Tsuru Aoki moet zich deze taal zoo eigen gemaakt hebben, dat zij haar moed­er­taal bijna ver­geten is. Dok Hayakawa zelf kan zich uit­stek­end in die taal uit­drukken.

De tooneel­speelkunst is vol­gens dezen Japan­ner de moeil­ijk­ste der wereld, « omdat, zoo zegt hij, men eigen­lijk zoo weinig mo­gelijk moet spe­len, alleen toet gevoel moet werken. Pin het is zoo moeil­ijk voor een éch ten Japan­ner z’n gemoed­saan­doenin­gen v >or de film uit te beelden, omdat hem van zijn pril­ste jeugd af geleerd is nooit aan zijn gelaat­suit­drukking te laten mérken, wat er in hem om­gaat.

Op het tooneel kan de stern de emoties uit­drukken, maar op het witte doek zijn het alleen de oogen, de gebaren, enz., die de gevoe­lens moeten weergeven!. Met een enke­len oogop­slag, een sober gebaar, een be­weg­ing* van de lip­pen, moet men demon­stri­eren, wat er in de ziel om­gaat en al onze gedachten ( moeten we con­cen­treeren op ons gevoel, z,oo zegt hij.

Wij willen er niet aan twi­jfe­len of de beroemde Jap an sehe artist ook In « La Bataille » een nieuwe blijk van zijn uit­stek­ende gaven zal geven.

UIT HET ALBUM VAN SPAT

MATHOT

LIL­IAN GISH

ANDRÉ NOX

In Sint-Jozef

1, Lak­en­sches­traat

(Hoek Biss­chop­straat)

BRUS­SEL

Kleed­ing­siukken

- kon­fec­tie -en op maat

voor

Han­nen en longe Lieden

ßaat­ste 'Jfieu­mighe­den::: cDe laagsle prijken

Achille GEY ZEN

178, KONIN­KLIJKESTRAAT, BRUS­SEL

Tele­phoon: B 98.04 — Telegram-adres: Geyzella-Brus­sel

:: Bi­jhuis: 13, JE­SUSSTRAAT, ANTWER­PEN::

AL­GE­MEEN AGENT VQOR BELGIË VAN DEN BEK­ENDEN PIANO

" Au­gust Förster „

THE

AU­TOPI­ANO

Kästner & C° Ltd

IN METAAL GEMON­TEERD ¥

AL­TIJD VOOR­RA­DIG - 20.000 ROLL EN -VAN 05 en 88 NOTEN


Zoäjdgig Cméma

bladz­i­jde ooor de cVrouw

cPremi<2n aan onze ßez­er­essen

Ÿ Steeds de be­lan­gen zi­jner lez­ers en lez­er­essen in -acht riemend, wil De Cin­ema ook nu en dan een bladz­i­jde mode-•' mod­ellen geven. De teeken­ing, welke men hier afge­beeld ziet, werd uit het ti­jd­schrift De Nieuw­ste Modes ontleend, k overal verkri­jg­baar aan 1.50 frank.

aAIs pre­mie voor onze lez­er­essen, stellen we knip­pa­troons op maat, van deze mod­ellen beschik­baar; om deze te be-komen, tegen mati­gen prijs, be­hoeft men ons slechts het hi­er­aan gehecht bon­netje te doen gewor­den, alsmede 1 frank in postzegels of post­man­daat, en de vol­gende in­lichtin­gen: naam en voor­naam, adres, taille-maut, num­mer van het model, Wie ben degelijk op maat geknipt pa­troon ver­langt, tegen spot­goed koopen prijs, make van deze éénige gele­gen­heid ge­bruik.

aan J, FELIX, 18, Thomas Vin­cottes­traat, Brus­sel, of aan den uit­gever

DE DI­REC­TIE.

4 maK<3 Vim ut5i6t' ««mjfe geia/go

Alie or­ders doen gewor­den

& >b„ yÄL Vön Cin­ema.